Ga naar de inhoud van deze pagina Ga naar het zoeken Ga naar het menu

Agendapunten

  1. 1
    Opening, vaststelling agenda
  2. 1.1
    Installatie duo-commissielid fractie CDA
  3. 1.1.1
    Afleggen eed en belofte
  4. 2
    Besluitvormend deel (hamerstukken)
  5. 2.1

    Een begrotingswijziging is het instrument van het algemeen bestuur om gedurende een jaar bijstellingen op de vastgestelde jaarbegroting door te kunnen voeren. Het college stelt twee maal per jaar een bestuursrapportage vast over de voortgang en afwijkingen van de in de begroting opgenomen uitgangspunten. In de Burap vermelde afwijkingen en ontwikkelingen worden vervolgens vertaald in een door het algemeen bestuur vast te stellen begrotingswijziging voor zover deze voldoen aan de hiervoor geldende criteria, die zijn opgesteld in overleg met de commissie BMZ (rechtmatigheid, uitwerking besluiten algemeen bestuur en transparantie).


    In de voorgestelde 1e begrotingswijziging 2022 komen de bijstellingen op de exploitatie en op de investeringsbegroting aan de orde die voortvloeien uit de 1e Burap 2022 en die aan deze criteria voldoen.

    Voorgesteld besluit

    Het algemeen bestuur wordt voorgesteld:

    1. het volume van de jaarschijf investeringen en projecten 2022 naar beneden bij te stellen met € 1,139 mln. tot een bedrag van € 74,886 mln.;
    2. het krediet van het baggerprogramma te verhogen met € 4,0 mln.;
    3. een voorbereidingskrediet van € 0,95 mln. te autoriseren voor renovatie en ver-/nieuwbouw alsmede uitbreiding en betere effluentkwaliteit voor de rwzi Zeist;
    4. in te stemmen met het dekkingsvoorstel om het netto kostenniveau gelijk te houden aan de initiële begroting ad €138,030 miljoen en zodoende een stelpost op te nemen van €0,991 mln.
    5. met inachtneming van de voorgaande beslispunten de 1e begrotingswijziging 2022 vast te stellen, waarbij het verschil tussen de netto kosten en belastingopbrengsten in 2022 € 0,991 mln. nadelig zal zijn, welk resultaat is opgebouwd uit de volgende elementen:
      I. Een verlaging van de afschrijvingskosten met € 0,469 mln.
      II. Een verhoging van de personeelskosten met € 0,854 mln.
      III. Een verhoging van de overige kosten met € 1,030 mln.
      IV. Een verhoging van de bijdrage hoogwaterbeschermingsprogramma met €0,500 mln.
      V. Een verhoging van de overige opbrengsten met € 0,854 mln.
      VI. Een verhoging van de onttrekking aan de bestemmingsreserve Sloop RWZI met € 0,070 mln.
  6. 2.2

    In de nieuwe KRW planperiode werkt HDSR zowel aan KRW-maatregelen als aan maatregelen in het overig water, voor verbetering van waterkwaliteit en ecologie in ons hele beheergebied. Dit voorstel betreft de aanvraag van het benodigde krediet voor de uitvoering van vispassages en natuurvriendelijke oevers.

    Voorgesteld besluit

    Het algemeen bestuur wordt voorgesteld:
    1. Een krediet van 8,57 miljoen vrij te geven voor uitvoering van de KRW-maatregelen én maatregelen in overig water.

  7. 2.3

    Voor het vaststellen van oppervlaktewaterpeilen voor Landgoed Kolland heeft het AB op 18 december 2019 een wijziging op het peilbesluit uit 2008 vastgesteld. Tegen de vaststelling van de wijziging op het peilbesluit uit 2008 is beroep ingesteld. Dit heeft op 3 november 2021 geleid tot een vernietiging door de rechtbank van het  peilbesluit.  De rechtbank overweegt in de uitspraak o.a. dat “verweerder [het waterschap] de feitelijke gevolgen van het nieuwe peilbesluit voor de gierkelders en de kavels van eisers onvoldoende in kaart gebracht.
    Tegen de rechtbankuitspraak is inmiddels hoger beroep ingesteld. Daarnaast heeft het college eerder besloten om een herstelbesluit voor het vernietigde peilbesluit voor te leggen aan het AB. Ter onderbouwing van het herstelbesluit zijn aanvullende onderzoeken uitgevoerd waarmee we invulling geven aan de rechtbankuitspraak op het punt van een zorgvuldige(r) voorbereiding van het peilbesluit.  Deze aanvullende onderzoeken hebben we voor een expert-judgement laten toetsen door externe deskundigen (zie ook bijlage 1: samenvatting aanvullende hydrologische onderzoeken Kolland).


    Uit de aanvullende onderzoeken is gebleken dat de conclusies uit reeds eerder verrichte onderzoeken bevestigen dat e.e.a. niet leidt tot andere voorgestelde peilen dan opgenomen in het peilbesluit uit 2019.

    Voorgesteld besluit

    Het algemeen bestuur wordt voorgesteld:
    het herstelbesluit ‘Wijziging peilbesluit Langbroekerwetering (2008), voor landgoed Kolland (2022)’ vast
    te stellen, overeenkomstig het bij dit voorstel behorende ontwerp (DM1887491)

  8. 2.4

    De vigerende Gemeenschappelijke regeling dient te worden herzien. Veel zaken in de regeling zijn nog gekoppeld aan de voorgaande samenwerkingsvorm: het openbaar lichaam. In het voorstel is de tekst aangepast aan de huidige lichtere samenwerkingsvorm: de bedrijfsvoeringsorganisatie.Daarnaast zorgen wijzigingen in wet- en regelgeving ervoor dat de huidige tekst daarop moet worden aangepast. De vigerende Gemeenschappelijke regeling is extern getoetst, wat heeft geleid tot het bijgevoegde wijzigingsvoorstel.


    Om dit besluit te kunnen nemen dient op grond van artikel  61, tweede lid Wgr het dagelijks bestuur eerst toestemming van het algemeen bestuur te krijgen om in te
    stemmen met het wijzigen van de gemeenschappelijke regeling.


    Het voorliggend voorstel is de tweede wijziging van de Gemeenschappelijke regeling 2020. De eerste wijziging betrof uitbreiding van de bevoegdheid van het bestuur om deelname aan de werkgeversvereniging mogelijk te maken.

    Voorgesteld besluit

    Het algemeen bestuur wordt voorgesteld:


    toestemming te verlenen aan het college van dijkgraaf en hoogheemraden om in te stemmen met de wijziging van de Gemeenschappelijke Regeling Belastingsamenwerking gemeenten en hoogheemraadschap Utrecht 2020 (GR BghU), zoals vastgelegd in het bij dit voorstel behorende ontwerp-besluit (DM1862071)

  9. 3
    Opiniërend deel
  10. 3.1.1
    SCHORSING
  11. 3.2

    Hierbij ontvangt u de ontwerp jaarstukken 2021 ter vaststelling door uw algemeen bestuur. De jaarstukken, bestaande uit de jaarrekening en het bestuursverslag, zijn onderdeel van de Planning en Control-cyclus. In deze stukken wordt teruggekeken op het afgelopen jaar.
    In de jaarrekening worden de gerealiseerde lasten, opbrengsten en ontwikkeling in investeringen afgezet tegen de begroting (na begrotingswijziging) en worden de effecten daarvan op de stand van het eigen vermogen (reserves) en de balansposities van overige passiva en activa weergegeven en toegelicht.
    In het bestuursverslag wordt een meer kwalitatieve evaluatie gegeven van de mate waarin de doelen per beleidsprogramma voor dit jaar zijn gerealiseerd, aan de hand van scores op de effect indicatoren.
    Het door de accountant opgestelde accountantsverslag met bevindingen is bijgevoegd. De accountant heeft bij de jaarrekening 2021 een goedkeurende verklaring gegeven. Deze verklaring wordt opgenomen op pagina 40 van de jaarrekening 2021. Het rapport van bevindingen van de accountant is onder bijlage 3 opgenomen bij dit voorstel.

    Voorgesteld besluit

    Het algemeen bestuur wordt voorgesteld:

    1. in te stemmen met het instellen van een bestemmingsreserve voor Innovatiefonds;
    2. de jaarstukken 2021 (DM 1877225 ‘bestuursverslag 2021’ en DM 1871520 ‘jaarrekening 2021’) vast te stellen;
    3. het voordelige exploitatieresultaat van in totaal € 6,340 miljoen als volgt te bestemmen en te verwerken:
      I. toevoeging aan algemene reserve watersysteemheffing € 0,462 miljoen;
      II. toevoeging aan algemene reserve zuiveringsheffing € 0,572 miljoen;
      III. toevoeging aan egalisatiereserve watersysteemheffing € 0,144 miljoen;
      IV. toevoeging aan egalisatiereserve zuiveringsheffing € 2,662 miljoen;
      V. toevoeging aan bestemmingsreserves:
      a. Transitie € 1,500 miljoen;
      b. Innovatiefonds € 1,000 miljoen.
    4. In het kader van het maximeren van het niveau van de algemene reserves op een niveau van 2,0 van het benodigde weerstandsvermogen de volgende mutaties in de algemene reserves en de egalisatie resereves te verwerken:
      I. onttrekking aan de algemene reserve watersysteemheffing € 0,605 miljoen;
      II. onttrekking aan de algemene reserve zuiveringsheffing € 0,605 miljoen;
      III. toevoeging aan de egalisatiereserve watersysteemheffing € 0,605 miljoen;
      IV. toevoeging aan de egalisatiereserve zuiveringsheffing € 0,605 miljoen.
    5. Kennis nemen van het accountantsverslag waarin een positief oordeel over de stukken wordt gegeven en instemmen met het onderzoeken van de daarin opgenomen aanbeveling om de tussentijdse bestuurs- en managementrapportage betrekking te laten hebben op een periode van steeds 4 maanden (oftewel tertiaire rapportage).
  12. 3.3

    Het Waterschap is financieel gezond. Dat blijkt uit de Begroting 2022 en de Jaarrekening 2021. In de nota reserves en voorzieningen zijn normen opgenomen voor het weerstandsvermogen en voor de egalisatiereserves. HDSR voldoet aan al die normen en zit in de meeste gevallen op het maximum. Die financieel gezonde positie zorgde ervoor dat de begroting van 2022 verhoogd kon worden ten einde invulling te geven aan een forse ambitie door middel van een pakket met 10 strategische lijnen.
    Nu wordt HDSR in de Voorjaarsnota 2022 geconfronteerd met hoge indexeringen voor personeel en overige kosten. Hierbij maakt vooral vooral de stijging van de kosten van energie dat deze niet meer zijn op te vangen binnen de jaarlijkse verhoging van de belastingopbrengsten met maximaal 4,0%. De inzet van egalisatiereserve is nodig om deze stijging te beperken tot 5,6%. Door het financieel beleid van de laatste jaren bieden deze reserves de ruimte om ze in te kunnen zeten waarvoor ze zijn bedoeld: het opvangen van fluctuaties in de kosten zodat niet alle kostenstijgingen direct leiden tot een hogere lastendruk voor onze belastingplichtigen.

    Voorgesteld besluit

    Het algemeen bestuur wordt voorgesteld:
    om als kader en uitgangspunt te hanteren bij de opstelling van de ontwerp-Begroting 2023:


    1. de in de Voorjaarsnota 2022 geschetste ontwikkelingen en uitwerkingen van de strategische lijnen in exploitatie en investeringen en de daarbij behorende netto kosten- en investeringsniveau voor de periode 2023-2026;
    2. alsmede de daarbij behorende belastingopbrengstontwikkeling van maximaal 5,6% en de doorwerking hiervan in de tarieven voor de heffingen in het begrotingsjaar 2023. Dit in combinatie met inzet van de egalisatiereserves.

  13. 3.4

    In 2017 is HDSR het dijkversterkingsprogramma Sterke Lekdijk gestart. De belangrijkste opgave is om de dijk weer te laten voldoen aan de wettelijke veiligheidsnormen volgens de Waterwet. Project Sterke Lekdijk is opgenomen in het landelijke Hoogwaterbeschermingsprogramma (HWBP). De dijkversterking die in dat kader wordt uitgevoerd noemen we de versterkingsopgave. De versterkingsopgave omvat alle werkzaamheden die nodig zijn voor het oplossen van het waterveiligheidstekort, op basis van de diverse faalmechanismen.


    Naast de versterkingsopgave, heeft HDSR een aanvullende opgave, namelijk de beheeropgave. Het betreft de realisatie van een aantal voorzieningen ten behoeve van de uitvoering van toekomstig beheer en onderhoud. Het primaire doel hiervan is om de benodigde kwaliteit en veiligheid van de dijk óók in de toekomst te kunnen borgen. Daarnaast betreft het de uitvoering van het groot onderhoud. De beheeropgave moet worden gefinancierd uit de eigen begroting.


    Met dit voorstel wordt het algemeen bestuur gevraagd om goedkeuring te geven aan de uitvoering van de beheeropgave en het daarvoor benodigde krediet. Uit oogpunt van synergie wordt voorgesteld om de beheeropgave tegelijk met de versterkingsopgave uit te voeren door dezelfde projectorganisatie. Net zoals in voorgaande decennia wordt voorgesteld om daarvoor een Grootonderhoudsplan Primaire Waterkeringen voor een vaste periode in te stellen, zijnde 2023-2029.

    Voorgesteld besluit

    Het algemeen bestuur wordt voorgesteld:
    1. het Grootonderhoudsplan Primaire Waterkeringen (GOP-PWK) vast te stellen voor de periode 2023 – 2029;
    2. het GOP-PWK in synergie met de deelprojecten van het Programma Sterke Lekdijk te
    realiseren;
    3. kennis te nemen van de geraamde uitgaven voor de uitvoering van het GOP-PWK ter grootte van €26.450.000,-;
    4. de eerste krediettranche ter grootte van €11.275.000,- beschikbaar te stellen aan het college;
    5. eind 2023 te besluiten over het resterend benodigd kredietbedrag.

  14. 4
    Besluitvormend deel
  15. 4.3

  16. 5
    Notulen
  17. 5.1

  18. 6
    Informerend deel
  19. 6.1
    Mededelingen
  20. 6.2
    Ingekomen stukken
  21. 7
    Rondvraag
  22. 8

  23. 9
    Sluiting